Vergeten Verzet van Dirk Bons en zijn zoons

               Vernoemd in een Amsterdamse straat, daarna weinig genoemd



Ze gunden elkaar alles, zichzelf niets.

Het stel ontmoette elkaar in driekwart jaar steeds vaker in haar ouderlijk huis, tot de ochtend van 2 juli 1944. De avond tevoren arriveerde Ton na een slopende dag laat, maar met een cadeau voor Joke. In haar slaapkamer boven de bakkerij achter de winkel bood hij een polshorloge aan van een piloot, geschonken uit dank aan zijn helper.

Na 74 jaar is deze herinnering aan de liefdesuiting nog onuitwisbaar. ,,Dat heb jij gekregen en blijft van jou, zei ik steeds.’’  Ze gunden elkaar alles, zichzelf niets.

Het uurwerk bleef liggen op het nachtkastje. Ton was te moe voor discussie en viel in een diepe slaap. Om vroeg in de ochtend direct klaar wakker te worden van gestommel onder uit de bakkerij. Hij vluchtte snel door het raam, voordat een SD-commando de slaapkamer in stormde.

De achterzijde van het huis was onbewaakt. Via de dakgoot liep hij naar het raam van naastliggend pand, waar hij kon schuilen bij een verpleegster. ,,De goede richting’’, blikt Joke terug. ,,Als hij vanuit het raam de andere kant op was gegaan, was hij bij een NSB’er beland.’’

Het herenhorloge werd gevonden, de kamer en het huis meteen doorzocht. Joke’s vader werd meegenomen, kwam pas drie weken later terug. Joke herinnert zich striemen op zijn rug, waarover hij niet veel vertelde. ,,Had ik dat horloge nou maar meteen bij me gestoken’’, verwijt ze zichzelf, ongetwijfeld voor de zoveelste keer. 

Ton verstopte zich in een hooiberg in buurtschap De Krim, luttele kilometers van Dedemsvaart. Joke herinnert zich een krabbende geliefde, vanwege de insecten. Ton keerde terug naar huis in Amsterdam. Blijkbaar hadden de Oost-Nederlandse speurders zijn hoofdstedelijke afkomst niet getraceerd.

Volgende pagina: Vrolijk